Vlissingen winnen: better lucky than good

Vlissingen winnen: better lucky than good

Na afloop van het NK, of misschien al ervoor, had ik het idee dat ik wel eens een Nijboertje zou kunnen gaan doen. Friso Nijboer had, toen hij nog profschaker was, de gewoonte om na in Dieren op amper 50% te zijn geëindigd vervolgens in Vlissingen uit te halen met 8 uit 9. Of misschien deed hij dat helemaal niet zo vaak en kloppen de scores ook niet helemaal, maar in ieder geval associeer ik het fenomeen om in de zomer een heel slecht door een heel goed toernooi te laten volgen met hem. En nu heb ik het dus ook gedaan.

Waarom gaat het het ene toernooi goed en het andere slecht? Dat is iets wat elke (top)sporter wel wil weten. Er bestaat zoiets als ‘vorm’ of ’the flow’, maar dat is toch een vaag fenomeen. Ook kun je lekker in je vel zitten of juist niet, wel of niet goed voorbereid zijn. Er zijn dus wel randvoorwaarden die samenhangen met prestaties, maar een 1-op-1-verhaal is het zeker niet. Verklaringen die gegeven worden voor goede prestaties zijn ook vaak een vorm van scorebordjournalistiek. Een mens zoekt nou eenmaal graag verklaringen, en dus worden er dingen gegokt of verzonnen. In mijn geval had ik na het NK gezegd dat ik niet scherp genoeg was en meer tactiek moest oefenen, en dat heb ik gedaan. Dat zou een verklaring voor mijn succes kunnen zijn, ware het niet dat ik niet het idee had dat ik heel scherp was in Vlissingen. Maar ik denk te weten wat het verschil maakte tussen mijn prestaties bij het NK en in Vlissingen: geluk. Toeval.

In mijn artikelen over het NK liet ik een beetje doorschemeren dat ik weliswaar gedeeld laatste eindigde (TPR 2443), maar dat mijn spel heus niet zo slecht was. Het zat niet zo erg mee: met iets meer geluk was ik gewoon in de middenmoot geëindigd. In Vlissingen haalde ik 7,5 uit 9, TPR 2696, maar zat het wel mee. Het zou me zelfs niet verbazen dat als je het objectief kon meten (bijvoorbeeld door zetten te vergelijken met een engine, al meet je daar niet mee hoeveel rekenfouten ik maakte, en hoe vaak ik een zet van een tegenstander niet had zien aankomen) dat mijn spel in Vlissingen niet beter was dan op het NK. Natuurlijk won ik niet alleen met geluk in Vlissingen, er zijn ook een boel dingen die ik goed deed, maar dat alle dingen die ik fout deed geen fatale consequenties hadden, dat was geluk. En soms won ik juist door een fout te maken…

Zo voerde ik in de tweede ronde tegen Vincent Blom (2139) een combinatie uit, die minder goed was dan ik had gedacht. Mijn onwetendheid pakte goed uit.

[ctpgn id=fen fen=”r2q1rk1/pp3ppp/2p2n2/2b1N3/4n2N/5QPP/PPP2P2/R1B2RK1 b – – 0 16″]

16… Lxf2+ 17. Txf2 Pxf2 18. Dxf2

Ik dacht dat dit moest, omdat ik na 18. Kxf2 Dd4+ 19. De3 Pe4+ een stuk zou winnen. Wit heeft echter 20. Kf3 Mijn tegenstander dacht dat hij na 20… Dxe5 21. Dxe4 Dxe4+ 22. Kxe4 Tfe8+ 23. Kf3 Te1 slecht zou staan, mijn engine gaat verder met 24. Pg2 Th1 25. h4 Te8 26. Kf2 f6 27. Pe3 Th2+ 28. Pg2 Th1 met remise. Zwart kan wel afwijken en op winst spelen, en dat had ik ook wel gedaan, maar het was een heel verschil met de partij, waarin ik snel materiaal voor kwam te staan:

18… Dd1+ 19. Kh2 Tae8 20. Lg5 Dxa1 21. Lxf6 Te6 22. Lxg7 Kxg7 23. Dd4 Df1 24.Pg2 c5 25. Dc3 Df6 0-1

De derde ronde was op dezelfde dag. Ik dacht op een gegeven moment dat ik zou gaan verliezen tegen Michael White (2346).

[r5k1/1bppq1bp/3n2p1/1PpP1p2/2P2P2/1QN2RP1/4N1BP/6K1 w – – 0 26]

Mijn tegenstander had tot hier goed gespeeld en wit heeft hier grote problemen. Ik wilde de opstelling Td3, Lf3, Kg2 innemen, maar 26.Td3 verliest na 26…Ta1+ 27.Kf2 Ld4+. Wit moet ook oppassen voor dingen als Lxc3 en De1+. Het enige positieve aan mijn stelling was dat de loper op b7 op dit moment niets doet.

26. Lf1
Hier wil de loper niet heen, maar het dekt het paard en haalt schaakjes op de onderste rij eruit (niet dat daar gepend worden wel fijn is…) 26…Ta1 zou dus een goede zet zijn. Ook nu of na enige voorbereiding c6 spelen (om de loper te activeren) is een goed plan voor zwart. In plaats daarvan gooit mijn tegenstander de boel open op de koningsvleugel zonder eerst zijn loper te bevrijden.

26… h6 27. Td3 Kh7 28. h4 Lf6 29. Lg2

Ik heb gewoon tijd om mijn eerder genoemde ideaalopstelling in te gaan nemen.

29… g5 30. hxg5 hxg5 31. fxg5 Lxg5 32. Lf3 Kg6 33. Pd1 Pe4 34. Pf2

[r7/1bppq3/6k1/1PpP1pb1/2P1n3/1Q1R1BP1/4NN2/6K1 b – – 0 34]

Inmiddels is de stelling vrij onduidelijk geworden. Met een paar slechte zetten verpest de man uit Wales het helemaal:

34… Pd2? 35. Dc2 Ta1+? 36. Kg2 Pxf3?

Op 36…Pf1 was ik 37.Pd1 van plan, maar achteraf kwam ik erachter dat 37.d6! wint. Dat is nog wel gecompliceerd, in de partij wint wit vanzelf.

37. Txf3 De5 38. g4 Te1 39. Pg3 c6

[8/1b1p4/2p3k1/1PpPqpb1/2P3P1/5RN1/2Q2NK1/4r3 w – – 0 40]

40. Txf5 Da1 41. Te5+ Kh6 42. Pf5+ Kh7 43.Pd6+ Kh8 44. Txg5 Tg1+ 45. Kh2 1-0

Ontsnapt! Als ik deze partij daadwerkelijk had verloren, dan lag het meer voor de hand dat ik op ratingmin zou eindigen dan dat ik het toernooi zou winnen…

In de vierde ronde zat het met zwart tegen Eesha Karavade (2371) niet zo mee. Ze deed na de opening een wat dubieuze combinatie en ik dacht een pion te gaan winnen. Ik had echter een verdediging van haar gemist. Hierna had ik in het eindspel nog een licht iniatief, maar ze verdedigde het heel goed en het werd dus remise. Gezien haar spel tegen mij verbaasde het me niet dat ze uiteindelijk op 18 ratingpunten winst uitkwam.

Eesha Karavade
Eesha Karavade

De vijfde ronde gaf me wit tegen Ali Bitalzadeh (2407). Een dubieuze zet in de volgende stelling pakte goed uit voor mij.

[2rr2k1/1q2pp1p/3p2p1/1p1Pb3/nPP5/5P2/3Q1BPP/1RRB2K1 w – – 0 26]

26. Lb3?!

Ik had eerst gepland om a4 te slaan, maar bij nader inzien dacht ik dat het voordeel na 26. Lxa4 bxa4 27. Da2 Ta8 28. Da3 Ta6 29. b5 Ta5 30. Tb4 Tda8 niet genoeg zou zijn om te winnen. Daarom koos ik voor 26.Lb3: de dreiging 27.c5 is heel sterk, zo dacht ik. Dat blijkt tegen te vallen.

26… Pb6?

De computer vindt na 26… Dd7 27. f4 Lf6 28. c5?! dxc5 29. bxc5 Df5 zwart iets beter staan…

27. cxb5 Pd7 28. Tc6! Dxb5 29. Lc4 Db8

[1qrr2k1/3npp1p/2Rp2p1/3Pb3/1PB5/5P2/3Q1BPP/1R4K1 w – – 0 30]

Ali had gemist dat 29…Da4 30.Ta6 een dame verliest, maar nu speelt de witte stelling (alweer) zichzelf.

30. f4 Lf6 31. La6 Txc6 32. dxc6 Pc5 33. Ld3 Pa4 34. Dc2 Pc3 35. Tb3 Da8 36. b5 Da1+ 37. Lf1 Pd5 38. b6 Ld4 39. c7 Tf8 40. b7 Lxf2+ 41. Dxf2 1-0

Zou ik in de zesde ronde tegen Hagen Poetsch (2462) gewonnen hebben als ik de weerlegging(en) van mijn 25e zet gezien had?

[2r1b2k/5pbp/2np4/1B1NqP2/P7/2P2Q2/1P4PP/3R2K1 b – – 0 26]

25…Pb8?

Na 26….Lh6 staat wit slechts iets beter.

27. f6 Lf8 28. Ld3?

28.Dg4 en 29. Pe7 is heel sterk. Ik had gemist dat ik het paard niet kon slaan wegens mat op g7. Ook 28.Lxe8 Dxe8 29.a5 moet genoeg zijn voor de winst. Vergelijk met de partij…

28… Ld7 29. Pb6? Td8? 30. Pxd7? Pxd7 31. Dh3 Pxf6

[3r1b1k/5p1p/3p1n2/4q3/P7/2PB3Q/1P4PP/3R2K1 w – – 0 32]

Mijn paard is actief geworden, ik sta materiaal voor en de loper op f8 gaat binnenkort ook meedoen. Wit heeft wel wat compensatie, maar na nog wat mindere zetten verdwijnt dat.

32. Tf1 h6 33. Lc2 d5 34. Dd3 Pe4 35. Txf7? Lc5+ 36. Kh1 Kg8

36…Td7 was iets simpeler, maar dit is goed genoeg.
3r2k1/5R2/7p/2bpq3/P3n3/2PQ4/1PB3PP/7K w – – 0 37

37. Tf1 Pf2+ 38. Txf2 Lxf2 39. Dh7+ Kf8 40. Dxh6+ Ke7 41. Dh7+ Kd6 42. Dg6+ De6 0-1

Hagen Poetsch
Hagen Poetsch

Het wordt misschien een beetje saai, maar ook in de zevende ronde tegen mijn clubgenoot Illya Nyzhnyk (2619) legde mijn onwetendheid me geen windeieren.

[1r2k2r/p2bqppp/2pb1n2/3p4/3N3Q/1P1BP3/PB3PPP/R4RK1 b k – 0 18]

Wit heeft een statisch voordeel (betere pionnenstructuur) en zwart kan niet rokeren (18…0-0? 19. Pxc6 Lxc6 20.Lxf6 Dxf6 21.Dxh7 mat) maar toch was ik niet helemaal gerust op mijn stelling: mijn dame heeft namelijk nauwelijks velden. 18…h6 zou al 19… g5 met winst dreigen, maar wit heeft nog 19.Pf5 Lxf5 20.Lxf6 Dxf6 21.Dxf6 gxf6 22.Lxf5 met een iets beter eindspel. Een ander plan is c5 en Tb4, maar wit heeft weer de afwikkeling met 19.Pf5. Ik had ook nog 19…g5 als mogelijkheid gezien: 20.Dxg5 Lxh2+ 21.Kh1 Tg8 22.Dh4 Le5 en ik vermoedde dat wit hier wel beter zou staan. Dus in wat ik zag stond wit wel iets beter: maar ik was niet zeker van hoe het zou staan in wat ik niet zag.

18… Pg4

Die had ik niet zien aankomen, evenmin trouwens als de keuze van de computer: 18…Pg8 om na 19. Dxe7+ met het paard te kunnen terugslaan.

19. Dxe7+ Kxe7

Maar ik was hier wel blij: ik had veel meer tijd op de klok en een beter eindspel. En ik dacht ook nog iets goeds te zien… in plaats daarvan had 20.Tac1 of 20.h3 het voordeel behouden.

20. Pf5+?! Lxf5 21. Lxf5

[1r5r/p3kppp/2pb4/3p1B2/6n1/1P2P3/PB3PPP/R4RK1 b – – 0 21]

Mijn pointe was dat na 21…. Lxh2+ 22.Kh1 Le5 wit 23.La3+. Ik miste echter dat 21…h5! sterk is. Na b.v. 22.h3 Lh2+ 23.Kh1 Le5 levert 24.La3+ Kf6 niets op en na 24.Lxe5 Pxe5 staat wit ook niet meer beter. Gelukkig zag hij het niet, mede door zijn beperkte bedenktijd.

21… Ph6? 22. Ld3 f6 23. Tac1 Kd7 24. e4!

Zo’n beetje alle zwarte pionnen zijn nu zwak, en in sommige varianten is ook zijn koning kwetsbaar. In het vervolg maakte ik her en der nog wat rekenfouten, maar mijn positie was zo goed dat ik toch won.

24… a5 25. Tc2 Thc8 26. Td1 g6 27. Lxf6 Pg4 28. Lh4 Lxh2+ 29. Kh1 Ld6 30. La6 Te8 31. exd5 cxd5

[1r2r3/3k3p/B2b2p1/p2p4/6nB/1P6/P1R2PP1/3R3K w – – 0 32]

32. Le2 Tb4 33. Txd5 Pe3 34. Txd6+ Kxd6 35. Lg3+ Kd5 36. Td2+ Kc6 37. Lf3+ Kb5 38. fxe3 Txe3 39. a4+ 1-0

Illya Nyzhnyk
Illya Nyzhnyk

In de achtste en negende ronde zat het ook wel wat mee, in zoverre dat mijn tegenstanders me remise gunden, al dwong ik dat ook wel af. En zo win je dus een toernooi! Of, zoals in magic-kringen vaak gezegd wordt, better lucky than good.

De foto’s zijn gemaakt door Frans Peeters.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *